Gallandat

De goede genius van Hulst

3.   Hordenloop met verrassingen

3.2.1 Isaacs eigen weg

Tot aan het moment, waarop Isaac Henry Gallandat in het najaar van 1784 Vlissingen verruilde voor Hulst, was zijn leven in veel opzichten parallel verlopen aan dat van vader David.
Allebei kregen zij al op jonge leeftijd privé-onderricht in de anatomie en chirurgie, doorliepen zij de Latijnse School als voorbereiding voor het wetenschappelijk onderwijs, studeerden medicijnen aan de universiteit, behaalden hun graad als medicinae doctor door te promoveren, specialiseerden zich zowel theoretisch als praktisch in de verloskunde en waren als medicinae doctor (arts) werkzaam.
Echter, hoe beroemd, kundig en gewaardeerd David Gallandat in Vlissingen ook was, als telg van een immigrantenfamilie werd hij niet toegelaten tot de regentenstand, het selecte groepje uit de hogere burgerij, dat zitting had in het stadsbestuur. Dit contrast blijkt overduidelijk uit de kruiperig onderdanige toon, die hij moest aanslaan in zijn correspondentie aan de magistraat, zoals bijvoorbeeld  in een begeleidend schrijven bij het aanbieden van de tekst van een van zijn redevoeringen:

Aan de weledele achtbaare Heeren Burgemeesters en Regeerders der stad Vlissingen wordt deze redenvoering in dankbaare erkentenis van zoo vele en uitmuntende gunstbewyzen, en met eenen hartgrondigen heilwensch dat het hun bestendig wel gaa, en deze stad, onder hun bestier, toeneme in de uitbreiding van alle konsten en wetenschappen, met de diepste gevoelens van schuldigen eerbied opgedragen door derzelven ootmoedigsten dienaar David Henry Gallandat 1.

Zijn hele 22-jarige werkzaamheid in Vlissingen heeft David Gallandat zich alleen kunnen onderscheiden in zijn beroep als medicus en door middel van wetenschappelijke publicaties. De magistraat verleende hem hierbij alle medewerking en liet zijn erkentelijkheid regelmatig in woord en met geschenken blijken, maar liet hem nooit toe tot de bestuurlijke elite. Overigens wijst niets er op, dat David Gallandat zelf ooit ambities in deze richting had, maar bij zijn zoon was dat wel het geval.
Een kleine maand, nadat hij door medeondertekening van de ontslagbrief van Gerrit Rauwertz diens opvolging officieel had aanvaard, verscheen de kersverse medicinae doctor op 1 oktober 1784 in de vergadering van de magistraat van Hulst om zijn burgereed af te leggen. Op zich een formaliteit, maar voor iemand, die een bestuursfunctie nastreefde, was het burgerschap met de eraan verbonden rechten de eerste te nemen horde.  

Afbeelding 33 (GAH SA 16).

Gedeelte uit de notulen van de vergadering van de magistraat van Hulst op 1 oktober 1784, waarin Isaac Henry Gallandat zijn eed als ‘Borger’ aflegde. Omdat destijds bestuur, politie en justitie één geheel waren, maakte ook de baljuw (in de notulen ‘Bailliu’ genoemd), de ambtenaar, die belast was met de rechtspraak, deel uit van de magistraat. De baljuw in Hulst, die hier Gallandat de eed afneemt, was dezelfde persoon, als de scheidend arts, die hem als zijn opvolger naar hier had gehaald: dokter Gerrit Otto Rauwertz.

Circa vijf maanden na het aantreden van Gallandat in Hulst kwam op 4 februari 1785 onverwacht een plaats in het stadsbestuur vrij door het overlijden van een der schepenen 2 Met de bravoure, waarmee zijn vader zich destijds als beginnend arts in Vlissingen had gepresenteerd (zie par. 2.4.1 en 2.4.3) greep Isaac Gallandat onmiddellijk zijn kans door onbevangen naar de vacante schepenplaats te solliciteren.
Je moet het maar durven: pas 24 jaar oud, telg van een immigrantenfamilie, zonder politieke ervaring, nog maar kort in Hulst woonachtig en niet behorend tot de plaatselijke regenten-elite.

  1. Gemeentearchief Vlissingen, nr. 434 (per 10-01-2020 overgegaan in in Zeeuws Archief); Steutel, blz. 104
  2. Schepenen waren lokale bestuursambtenaren, die samen met de burgemeester het stadsbestuur (syn. magistraat)vormden.
Uw inschrijving kon niet worden opgeslagen. Probeer het opnieuw.
U bent met succes aangemeld voor onze nieuwsbrief

Meld u aan voor onze nieuwsbrief